Veiligheidsvoorschriften tijdens de ontwerpfase
Ben je van plan om werkzaamheden uit te voeren in de beschermde zone rond een pijpleiding? Dan ben je verplicht dat te melden en moet je rekening houden met bepaalde veiligheidsregels.
Wettelijke meldingsplicht
Als je werkzaamheden in de beschermde zone (zie onder) rond een pijpleiding uitvoert, ben je verplicht om dat aan de vervoerder te melden. Dat doe je door een kennisgeving in de vorm van een elektronisch bericht via het centraal meldpunt te verzenden, aangevuld met een telefonisch contact voor de start van de werken.
Maximum 15 werkdagen na ontvangst van de kennisgeving, delen de vervoerders aan de aanvrager (aannemer, bouwheer, ontwerper, …) de nuttige beschikbare inlichtingen mee. Dat is informatie over bestaande vervoerinstallaties, waaronder de nieuwe of de gewijzigde installaties, en de algemene en specifieke veiligheidsmaatregelen die nageleefd moeten worden. Dat geldt voor alle werken, met uitzondering van grondbewerking voor land- en tuinbouw tot 50 cm.
Je zal schriftelijk alle nodige informatie en veiligheidsmaatregelen ontvangen. Als het nodig is, zal er overleg plaatsvinden. Als je niet over deze informatie beschikt, mag je de werken niet uitvoeren.
Voor kleine geplande werken en herstellingswerken die spoed eisen geldt een afwijkende meldingsprocedure. Zo mogen herstellingswerken die spoed eisen in een beschermde zone onmiddellijk worden aangevat, nadat de aannemer (of de bouwheer) zeker is van de aanwezigheid van de betrokken vervoerders, deze vervoerders telefonisch ervan heeft ingelicht en met hen heeft overlegd over de te volgen werkmethode en veiligheidsmaatregelen. Deze kennisgeving wordt binnen 24 uur per brief, e-mail of via een melding via het centraal meldpunt bevestigd met ontvangstbewijs. De werken mogen pas beginnen nadat er overleg heeft plaatsgevonden over de te volgen werkmethoden en veiligheidsmaatregelen. Vaak betekent dit dat een afgevaardigde van de pijpleidingmaatschappij ter plaatse zal komen.
Deze verplichting en procedure is bepaald in het Koninklijk Besluit van 21 september 1988.
De beschermde zone
De beschermde zone is een zone van 15 meter aan weerszijden van de pijpleiding.
Als de geplande werken de stabiliteit van de beschermde zone kunnen schaden, wordt de zone soms uitgebreid (zoals bijvoorbeeld bij windturbines, hoogspanning, trillingen, of de uitbating van (steen)groeves).
De voorbehouden zone
Binnen de beschermde zone van de leidingen is er ook een voorbehouden zone, zoals bepaald in het hierboven vermelde koninklijk besluit van 21 september 1988.
De breedte van de voorbehouden zone, gemeten vanaf de as van de leiding, bedraagt 5 meter aan beide kanten. Dat geldt voor leidingen met een druk hoger dan 16 bar.
Verboden activiteiten in de voorbehouden zone
Volgens artikel 16 van het Koninklijk Besluit van 19 maart 2017, zijn alle werkzaamheden binnen de voorbehouden zone verboden. Dat gaat onder andere over:
- Alle graafwerkzaamheden
- Het oprichten van gebouwen, gesloten lokalen, tuinhuisjes, carports, tenten
- Het opstapelen van materieel en materiaal
- Het wijzigen van het reliëf van de bodem (bv. grachten graven, taluds maken of graafwerken uitvoeren)
- Persen, intrillen of inheien van palen of planken
- Gebruik van springstoffen
Sommige werken kunnen toegelaten worden, maar alleen na overleg met de betrokken leidingbeheerders.
Ook zijn alle diepwortelende bomen en struiken verboden indien hun stam zich bevindt op minder dan 3 meter van de as van de leiding.
Waar hou je rekening mee tijdens de ontwerpfase?
Ben je van plan om werken uit te voeren in de buurt van een pijpleiding? Dan moet je de werken al van bij de ontwerpfase melden aan alle uitbaters van de pijpleiding. Om te weten of de geplande werken in de buurt van pijpleidingen liggen, meldt je de werken via:
In de ontwerp- en uitvoeringsfase van de geplande werken moet je ook rekening houden met bepaalde technische richtlijnen. Die zijn opgenomen in de Algemene Fetrapi voorwaarden voor het voorbereiden en verrichten van werken nabij pijpleidingen.